Informatie over uw behandeling met satralizumab
Op deze pagina vindt u informatie over uw behandeling met het medicijn Enspryng® (werkzame stof: satralizumab). De informatie helpt u om de behandeling beter te begrijpen, zodat u en uw naasten goed voorbereid zijn.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker. Deze informatie is geen vervanging van het advies van uw zorgverlener of van de bijsluiter.

▼ Dit medicijn staat onder extra toezicht. Dit zorgt ervoor dat we snel nieuwe informatie over de veiligheid van dit medicijn verkrijgen. U kunt hieraan bijdragen door alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via go.roche.nl/bijwerkingen.
Klik hier voor de bijsluiter
-
Over het medicijn
Enspryng is een medicijn voor patiënten vanaf 12 jaar en ouder. Misschien heeft u ook de naam ‘satralizumab’ gehoord. Satralizumab is de werkzame stof die in het medicijn zit.
Wanneer wordt het voorgeschreven?
Dit medicijn wordt gebruikt voor de behandeling van volwassen patiënten en adolescenten (12 jaar en ouder) met NMOSD.
NMOSD is een zeldzame, chronische auto-immuunaandoening waarbij ontstekingen voorkomen in het centrale zenuwstelsel. Deze ontstekingen ontstaan met name in de oogzenuw, het ruggenmerg en/of de hersenen.
Naast deze behandeling kunt u ook andere afweeronderdrukkende medicijnen krijgen, zoals corticosteroïden, azathioprine of mycofenolaat-mofetil. Informatie over deze andere middelen kunt u vinden in aparte bijsluiters. Vraag uw arts, apotheker of verpleegkundige om informatie over deze andere middelen.
Hoe werkt het?
Dit medicijn is ontwikkeld om interleukin-6 (IL-6) te blokkeren. IL-6 is een eiwit in het lichaam dat door immuuncellen wordt geproduceerd die een belangrijke rol spelen bij de ontstekingen van NMOSD. Deze ontstekingen kunnen voor onvoorspelbare en heftige aanvallen zorgen. Door IL-6 te blokkeren kunnen er minder aanvallen optreden.
Hoe wordt het medicijn toegediend?
Het medicijn wordt per injectie onder de huid toegediend (subcutaan).
Hoe ziet het medicijn eruit?
In de verpakking zit één injectiespuit. Bij de start van de behandeling zal waarschijnlijk uw arts of verpleegkundige het medicijn bij u injecteren. Uw arts kan echter ook besluiten dat u of een volwassen verzorger dat mag doen. Wanneer uw arts heeft vastgesteld dat u in staat bent het medicijn zelf te injecteren kunt u dit thuis doen. U of uw verzorger wordt getraind om het medicijn zelf te injecteren. Overleg met uw arts of verpleegkundige als u of uw verzorger vragen heeft over het geven van injecties.
Hoe bewaart u dit medicijn?
Bewaar het medicijn in de koelkast tussen de 2 en 8𐩑C en in de originele verpakking zodat het beschermd is tegen licht.
Bevries het medicijn niet en houd de spuit droog.
Ongeopend en in de originele verpakking kan het medicijn tot 8 dagen buiten de koelkast (mits onder de 30 graden) blijven.
Houd het medicijn buiten bereik van kinderen.Nadat het medicijn op kamertemperatuur is bewaard, dient het ofwel gebruikt ofwel weggegooid te worden.
-
Voordat u start
Voordat u start met de behandeling is het belangrijk dat u uw arts vertelt over:
Allergieën
Denk hierbij bijvoorbeeld aan allergieën voor andere medicijnen, voedingsmiddelen, conserveermiddelen of kleurstoffen. Met deze informatie kan uw arts uitsluiten of u allergisch bent voor stoffen die in het medicijn zitten. Uw arts kan het behandelplan hierop aanpassen.
Andere medicijnen
Vertel het uw arts als u nog andere (kruiden)medicijnen inneemt. Ook medicijnen die zonder recept verkrijgbaar zijn. Dit is belangrijk omdat medicijnen elkaars werking kunnen beïnvloeden.
Uw arts doet bloedonderzoek voordat u begint met satralizumab en tijdens uw behandeling om het aantal witte bloedcellen in de gaten te houden.Andere aandoeningen
Vertel uw arts, verpleegkundige en apotheker over al uw medische aandoeningen.
Kinderwens, zwangerschap of borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit medicijn gebruikt.
-
Over de behandeling
Het is belangrijk dat u satralizumab altijd toedient zoals uw arts, verpleegkundige of apotheker u heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan altijd contact met hen op.
Door gebruik van dit medicijn bent u vatbaarder voor infecties. Neem daarom altijd contact op met uw behandelend arts of verpleegkundige als u zich niet goed voelt of wanneer u tekenen van een infectie heeft (met of zonder koorts). Het kan zijn dat u uw volgende dosis met satralizumab moet uitstellen wanneer u een infectie heeft (zelfs al is het enkel een verkoudheid).
Dosering
Startdosis
Gedurende de eerste 4 weken van uw behandeling begint u met 3 injecties om de behandeling op te starten. Elke dosis bestaat uit een spuit van 120 mg en wordt iedere 2 weken geïnjecteerd.
Stap 1: Voorbereiding
Verzamel de benodigde (niet in de verpakking opgenomen) materialen:
1x alcoholdoekje
1x pleister
1x steriel wattenbolletje of gaasje
1x niet doorprikbare naaldencontainer voor het veilig afvoeren van de beschermdop en de gebruikte spuit
Haal de verpakking met het medicijn uit de koelkast en:
- Controleer of de verpakking intact is.
- Controleer de vervaldatum op de verpakking.
- Gebruik de injectie niet als de verpakking aangebroken is, de vervaldatum is verstreken of wanneer er een ander probleem met het medicijn is.
Haal nu voorzichtig de spuit uit de verpakking en controleer of:
- De vloeistof in de spuit kleurloos tot vaal geel gekleurd is; een aantal bubbels is normaal, maar de vloeistof moet helder zijn.
- De spuit niet beschadigd is.
Gebruik de spuit niet als deze beschadigd is, de vervaldatum is verstreken of wanneer de vloeistof niet helder is, verkleurd is of deeltjes bevat.
Bereid nu de spuit voor:
- Leg de spuit op een schone, vlakke plek neer.
- Laat de spuit gedurende 30 minuten op kamertemperatuur komen. Het is belangrijk de spuit langzaam op te laten warmen, aangezien het lastig en oncomfortabel kan zijn het medicijn koud te injecteren. Verwarm de spuit nooit op een andere manier, dus niet met warm water, direct zonlicht of in de magnetron.
Was nu uw handen met water en zeep voordat u een plek op uw lichaam kiest voor de injectie. Het medicijn kan geïnjecteerd worden in:
- het onderste gedeelte van uw buik,
- of de voorkant/het midden van de dijen.
Het is belangrijk om de plek waar u de injectie zet te wisselen. Elke nieuwe injectie dient ten minste 2,5 cm van de vorige injectieplek gezet te worden. In het beschikbare logboek kunt u bijhouden waar u de injectie zet.
Maak nu de gekozen plek schoon met het alcoholdoekje en wacht totdat de plek volledig opgedroogd is.
Dien geen injecties toe:
- door kleding,
- in het gebied van 5 cm rondom de navel,
- in moedervlekken of littekenweefsel,
- in gekneusde, gevoelige, rode, harde of kapotte huid.
Stap 2: Injectie
- Verwijder de dop van de spuit. Zet de injectie binnen 5 minuten na verwijdering van de dop. Raak de naald niet aan en zorg dat de naald geen andere oppervlakken raakt.
- Houd de cilinder van de spuit met uw duim en wijsvinger vast. Gebruik uw andere hand om het gekozen stuk huid dat u heeft schoongemaakt vast te knijpen.
- Zet de spuit, in een hoek van 45 tot 90 graden, met behulp van een snelle dart-achtige beweging in de huid. Doe dit maar een keer.
- Laat de samengeknepen huid los en injecteer het medicijn rustig in de huid door zachtjes de bovenkant van de spuit naar beneden te duwen.
- Laat de spuit rustig los en haal de naald in dezelfde hoek uit de huid. Het schild van de spuit hoort nu de naald te bedekken. Let extra op wanneer dit niet zo is.
Stap 3: Opruimen
Check de injectieplaats (plek op uw lichaam waar u de injectie heeft gezet).
- Er kan wat bloed te zien zijn of een druppel van het medicijn. Druk het gaasje voorzichtig op de plek, zonder te masseren of wrijven. Indien nodig kunt u een klein verband of pleister aanbrengen.
- Als het medicijn in contact met uw huid is gekomen, was de huid dan met water.
- Waarschuw uw arts direct als u tijdens of na de injectie last krijgt van een allergische reactie. Uw arts kan u adviseren wat u het beste kunt doen voordat u een volgende dosis zet.
Ruim de gebruikte spuit op door:
- Deze weg te gooien in de daarvoor bestemde container. Gooi de spuit niet bij het standaard huisvuil.
- Als de container vol is levert u deze volgens de instructies van uw zorgverlener of apotheker in. U kunt de volle container in de meeste gevallen inleveren bij uw (stads)apotheek en inwisselen voor een lege.
-
Bijwerkingen
Zoals elk medicijn kan ook dit medicijn bijwerkingen geven, al krijgt niet iedereen daarmee te maken. Denkt u bijwerkingen te hebben tijdens uw behandeling met satralizumab, meld dit dan. Het zou kunnen dat dit een bijwerking is die behandeld moet worden.
Probeer klachten niet zelf te behandelen. Uw arts kan mogelijk andere medicijnen geven om ergere problemen te voorkomen, klachten te verminderen en verdraagbaarheid te vergroten. Ook kan uw arts, als dat nodig is, de behandeling (tijdelijk) stopzetten of de dosis (eventueel tijdelijk) verlagen. Het is ook belangrijk om te weten dat niet iedereen met bijwerkingen te maken gaat krijgen.
Ernstige bijwerkingen
Vertel het uw arts onmiddellijk of ga naar de eerstehulpafdeling van uw dichtstbijzijnde ziekenhuis als:
- u last krijgt van klachten van een allergische reactie tijdens of na de injectie.
Dit kunnen klachten zijn zoals:
- drukkend gevoel op de borst of piepende ademhaling
- kortademigheid
- koorts of koude rillingen
- ernstige duizeligheid of een licht gevoel in het hoofd
- zwelling van lippen, tong of gezicht
- jeukende huid, galbulten of huiduitslag
Neem de volgende dosis pas nadat u met uw arts heeft gesproken en hij/zij u heeft verteld dat u de volgende dosis mag nemen.
Zeer vaak voorkomende bijwerkingen en bijbehorende symptomen
Komen voor bij meer dan 1 op 10 gebruikers
INJECTIEGERELATEERDE REACTIES:
- roodheid, jeuken, pijn of zwelling op de plek waar de injectie is gegeven
- huiduitslag, rode of jeukende huid of galbulten
- blozend gevoel
- hoofdpijn
- irritatie, zwelling of pijn van de keel
- kortademigheid
- lage bloeddruk (duizeligheid en licht gevoel in het hoofd)
- koorts of koude rillingen
- vermoeidheid
- misselijkheid of overgeven, of diarree
- snelle hartslag, fladderend of bonzend hart (hartkloppingen)
HOOFDPIJN
GEWRICHTSPIJN
VERHOOGDE HOEVEELHEID VET IN BLOED
LAAG AANTAL WITTE BLOEDCELLEN IN TESTEN
Melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit geldt ook voor bijwerkingen die niet in deze brochure of de bijsluiter staan.
U kunt bijwerkingen melden op lareb.nl óf rechtstreeks melden bij de afdeling Medische Informatie van Roche Nederland. Dit kan telefonisch op 0348 438 000 of via go.roche.nl/bijwerkingen of scan de QR-code.
In de bijsluiter staat de volledige lijst van mogelijke bijwerkingen
-
Veelgestelde vragen
Wat moet ik doen als ik een dosis vergeet?
U kunt de gemiste dosis toedienen zodra u eraan denkt, doe dit het liefst zo snel mogelijk. Wacht niet tot het volgende geplande moment, maar houdt wel de aangegeven tussentijd aan.
- Na een gemiste startdosis dient u 2 weken te wachten tot de volgende startdosis.
- Na een gemiste onderhoudsdosis dient u 4 weken te wachten tot de volgende onderhoudsdosis.
Wat is het effect op mijn zwangerschap?
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit medicijn gebruikt. Uw arts kan u het advies geven te stoppen met borstvoeding als u satralizumab gaat gebruiken. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt.
Wat is het effect op de rijvaardigheid en het bedienen van machines?
Het medicijn heeft naar verwachting geen invloed op uw rijvaardigheid, vermogen om te fietsen of het vermogen om gereedschap te gebruiken of machines te bedienen.
Is het verstandig om andere mensen te informeren over mijn behandeling?
Ja, het is altijd verstandig om andere mensen te informeren over uw behandeling. In het geval van satralizumab krijgt u ook een waarschuwingskaart die u in uw portemonnee bij u kunt dragen.
Kan ik andere afweeronderdrukkende medicijnen nemen wanneer ik met Enspryng start?
Ja. Naast deze behandeling kunt u ook andere afweeronderdrukkende medicijnen (voorgeschreven) krijgen, zoals corticosteroïden, azathioprine of mycofenolaat-mofetil. Informatie over deze andere middelen kunt u vinden in aparte bijsluiters. Informeer uw arts voordat u met een behandeling begint altijd over het gebruik van andere medicijnen.
Wat moet ik doen wanneer de verpakking van mijn medicijn beschadigd is?
Wanneer het zegel van de verpakking kapot is, de houdbaarheidsdatum is verlopen of wanneer er andere problemen met de verpakking zijn neem dan contact op met uw arts of apotheker. Gebruik het medicijn niet.
Kan ik met dit medicijn reizen?
Ja, aangezien u zelf de injectie kunt zetten is het mogelijk om te reizen. Zie hiervoor ook de volgende vraag.
Hoe neem ik dit medicijn mee op reis?
- Bewaar het medicijn gekoeld op een temperatuur tussen de 2 en 8 𐩑C.
- Bescherm het medicijn tijdens het reizen door het in de originele verpakking te houden en in een koelbox/koeltas met koelelement te verplaatsen.
- Bevries het medicijn niet.
- Op de plek van bestemming legt u het medicijn weer in een koelkast zodat de temperatuur tussen de 2 en 8𐩑C blijft.
Heeft u nog vragen of twijfelt u ergens over? Neem dan contact op met uw arts of verpleegkundige. Het is sowieso goed om te bespreken in welke gevallen en op welke momenten u contact op moet nemen. Bespreek ook hoe u uw arts of verpleegkundige het beste kunt bereiken. U kunt belangrijke contactgegevens in het logboek noteren.
-
Contact
Heeft u aanvullende vragen over dit medicijn? Neem dan contact op met uw behandelend arts of apotheker, of met de afdeling Medische Informatie van Roche Nederland B.V.. Dit kan via e-mail via [email protected] of telefoon 0348 438 000.
Oktober 2022
M-NL-0001078